Deel vier in de gastouderreeks: Het overdragen van normen en waarden

Als gastouder heb je een belangrijke taak: je gastkinderen een omgeving bieden die hen zo veel mogelijk ontwikkelkansen biedt. Bewust nadenken over het werken volgens de vier pedagogische basisdoelen helpt je daarbij. KIDDO geeft je in vier achtereenvolgende artikelen pedagogische verdieping waarmee je elk afzonderlijk basisdoel kunt bereiken. Deze maand het laatste artikel: het overdragen van normen en waarden.
Deel vier in de gastouderreeks: Het overdragen van normen en waarden

Net zoals er in het verkeer regels zijn, zijn er ook regels voor het sociale verkeer tussen mensen onderling. Hoe ga je met elkaar om in deze maatschappij? Hoe gedraag je je wel, en hoe niet? Daarover gaan normen en waarden en het vierde pedagogische doel houdt hiermee verband. Waarden zijn opvattingen over wat goed en slecht is in de interactie tussen mensen. Eerlijkheid en respect voor andermans bezittingen zijn daar voorbeelden van. De normen die daarbij horen zijn dat het niet goed is om te liegen en te stelen. ‘Normen en waarden hebben iets universeels, maar zijn tezelfdertijd ook dynamische begrippen die afhankelijk zijn van de context, zoals het gezin waarin je opgroeit, culturele en godsdienstige omstandigheden en de maatschappij waarin je leeft’, zegt Josette Hoex, pedagoog bij het Nederlands Jeugdinstituut (NJi). ‘Een voorbeeld? Een paar generaties terug moesten kinderen hun mond houden. Nu mogen ze hun mening geven. Over het algemeen weten we wel wat normen en waarden anno nu inhouden. Respect hebben voor elkaar, rekening houden met elkaar en je verantwoordelijkheid nemen. Maar ook: omgaan met diversiteit en durven zeggen wat je belangrijk vindt. Dat zijn actuele en universele normen en waarden in het Nederland van 2018.’

Verantwoordelijke volwassenen
Hoewel er in sociaal verkeer net als in het gewone verkeer min of meer vaste regels zijn, moet je in veel sociale situaties zelf ook nadenken over wat op dat moment goed gedrag is en wat voor jou belangrijk is. Kinderen kunnen dat niet uit zichzelf; hun morele besef (het geweten) moet zich ontwikkelen. Daarvoor moeten ze wel de kans krijgen om te ontdekken hoe goed gedrag eruit ziet. Ze hoeven dan niet per se een rijtje regels in hun hoofd te hebben, maar kunnen (later) zelf ethische keuzes. Voor ouders en opvoeders zoals gastouders ligt er een taak om normen en waarden aan kinderen over te dragen en hen zo te helpen om zich goed voor te bereiden op de maatschappij.

Identiteit
Als gastouder is het dan ook goed om na te denken over welke normen en waarden voor jou belangrijk zijn. Door die te verwoorden, bijvoorbeeld in je persoonlijke pedagogisch plan, geef je aan waar je voor staat. Wat vind je er bijvoorbeeld van als een kind komt vertellen dat een ander kind iets verkeerd doet? Vind je dat klikken? Of is het geen klikken als het voorkomt dat er ongelukken gebeuren? Het is goed om daar vooraf al een gedachte over te hebben. Josette: ‘Sommige gastouders profileren zich met een duidelijke identiteit, bijvoorbeeld christelijk of antroposofisch, met de bijbehorende ‘regels’. Voor vraagouders kan dat een reden zijn om voor die specifieke gastouder te kiezen. Andere gastouders zijn best bereid om over bepaalde zaken met vraagouders in gesprek te gaan. Bijvoorbeeld over de vraag of ze een kind de gelegenheid geven om te bidden voor het eten, ook al is de gastouder zelf niet religieus. Als je het lastig vindt om je ideeën te benoemen, doe dan vooral een beroep op je gastouderbureau. Zij kunnen jou ondersteunen.’

Lees verder in KIDDO 4 (2018) vanaf pagina 34. Nog geen eigen KIDDO op je mat? Word gauw abonnee!





Menu

Nieuwsbrief

Blijf op de hoogte van de ontwikkelingen!



[ ADVERTENTIE ]