Hoe laat je kinderen iets nieuws proeven?

Hoewel eten heel natuurlijk is, weet iedereen hoe moeilijk het soms is om kinderen te laten proeven. En laat dat proeven nu net belangrijk zijn om een gezond en gevarieerd eetpatroon te ontwikkelen. Hoe laat je kinderen iets proeven waar ze eerst hun neus voor ophalen? Als je dat niet wil forceren, wat is dan de goede manier? 7 tips en weetjes om samen fijn te (leren) eten!
Hoe laat je kinderen iets nieuws proeven?

1: Wees je bewust van de gevoelige periode

Kinderen leren lopen, praten, samen spelen, hun gevoelens uiten. Met een steuntje in de rug van volwassenen. Ook eten is een leerproces. Om kinderen gezond en gevarieerd te laten eten, kun je het beste al vroeg de smaakontwikkeling stimuleren. Thuis én in de opvang, want ook daar zijn er allerlei eetmomenten: van de fruithap en het groentetussendoortje tot het warme middagmaal. Ellen Moens werkt als klinisch ontwikkelingspsychologe bij Universiteit Gent, een van de partners van het REWARD-project (zie kader). Ze vertelt over de smaakontwikkeling bij jonge kinderen. ‘We worden geboren met een voorkeur voor zoet en zout. Zuur en bitter zijn smaken die we moeten leren appreciëren. Of anders gezegd: kinderen moeten hun papillen aan die smaken laten wennen. Dat gebeurt al tijdens de zwangerschap en ook via borstvoeding. Maar vooral de periode tussen 1 en 5 jaar is belangrijk. In de ontwikkelingspsychologie noemen we dit een gevoelige periode die je niet mag missen. Het is de fase waarin kinderen best zo veel mogelijk verschillende smaken en texturen leren kennen. Van gladde puree tot een prak met kleine stukjes: het is belangrijk dat je geen stappen overslaat. Rond 18 maanden moet je zelfs extra alert zijn. Dan hebben kinderen een neofobie voor eten: ze voelen angst voor nieuwe smaken. Evolutionair gezien is het heel logisch. Kinderen zetten rond die tijd hun eerste stapjes, als ze bij de struik met giftige bessen kunnen komen, is het maar goed dat ze wantrouwig staan tegenover onbekend voedsel. Er zijn natuurlijk individuele verschillen. Sommige kinderen gaan vlot door deze neofobie, andere moeilijker. Maar elk kind ervaart het in bepaalde mate, dus moet je aandachtig zijn dat het die gevoelige periode goed doormaakt.’

2: Laat kinderen meerdere keren proeven

Wat doe je best in deze gevoelige periode? Ellen Moens: ‘Mijn collega-onderzoekster Laura Vandeweghe ondervond dat kinderen acht keren moeten proeven om een nieuwe smaak te appreciëren, anderen zeggen dat er tien tot vijftien proefbeurten nodig zijn. Het belangrijkste is dat je blijft proberen. Bied dus die portie prei of spruitjes aan, telkens opnieuw. Houd de yoghurt met kleine stukjes fruit op het menu, ook al gaat gladde pudding vlotter naar binnen. Ga voor quinoa, couscous en rijst, ook wanneer die kleine korreltjes gek aanvoelen in de mond. Kies voor de uitdaging van een tomaat, met zijn koude gevoel, pitjes en sap dat over de kin loopt. Laat kinderen broccoli, spinazie, courgette en alle mogelijke fruitsoorten proeven. Verschillende keren, dat is het belangrijkste.’

3: Neem de tijd om kinderen te laten wennen

Moens vertelt wat proeven precies inhoudt. ‘Wij spreken van een proefbeurt als een kind het eten volledig in de mond heeft gehad. Het kind hoeft het niet door te slikken. Je mag dat gerust zeggen: “Als jij het niet lekker vindt, dan hoef je het niet in te slikken. We zijn aan het wennen aan een nieuwe smaak en een nieuw gevoel, neem je tijd.” Die boodschap maakt voor veel kinderen het verschil tussen een gespannen situatie of rustig kunnen proeven. Zeg niet “als het eten vies is”, want eten is niet vies. “Als jij het niet lekker vindt” maakt duidelijk dat iedereen iets anders lekker kan vinden. Zorg dat je papieren servetten bij de hand hebt: als een kind een paar seconden smaak en textuur in de mond heeft gevoeld en het niet aangenaam vindt, kan hij het eten met een servetje uit zijn mond halen. En neem vooral je tijd. De eerste keer dat je met een kind naar het zwembad gaat, zorg je ook dat die watergewenning aangenaam is. Hetzelfde geldt aan tafel: blijf zorgen voor een rustige “eetgewenning” waarbij je het kind de nodige zekerheid biedt. Combineer het nieuwe ingrediënt bijvoorbeeld met iets dat het kind al lekker vindt. Eet mee en laat zien dat je de groente zelf ook proeft en probeert.’

Lees verder in KIDDO 1 (2017) vanaf pagina 10. Nog geen abonnee? Klik hier.




Menu

Nieuwsbrief

Blijf op de hoogte van de ontwikkelingen!



[ ADVERTENTIE ]