KIDDO 25 JAAR!

Peuterdans
Fantasie in beweging!


Peuters even heerlijk laten opgaan in hun fantasie? Kies instrumentale muziek, waarbij je een klein verhaaltje vertelt en ga met ze dansen. Zo ontstaan de mooiste dingen!

Tijdens haar studie aan de kunstacademie raakte Yvonne Dingjan gefascineerd door Afrikaanse dans. Vanuit deze danscultuur ontwikkelde zij een bewegingsvorm voor kinderen van rond de twee jaar: peuterdans. Yvonne geeft al ruim tien jaar les op kinderdagverblijven en geeft sinds september 2006 de opleiding tot professioneel peuterdansdocent.

Zalige drie kwartier
De Afrikaanse dans is gericht op vrijheid en verhalen. De bewegingen beelden gebeurtenissen uit, zoals het binnenhalen van de oogst of de visvangst. De danser vult zelf in hoe hij het beeld in zijn dans laat zien. Bij peuterdans wordt gewerkt vanuit de fantasie. De volwassene vertelt een verhaal, ondersteund door instrumentale muziek. Dat verhaal is de rode draad. Kinderen beelden vanuit hun eigen, onbegrensde verbeeldingskracht het verhaal uit op de muziek. De melodie, het tempo en het ritme stimuleren het dansen en bepalen de sfeer.
Het gebruik van kleine attributen, zoals linten en sjaals, werkt extra motiverend. Een goede lesopbouw met afwisselende onderdeeltjes garandeert een zalige drie kwartier. Yvonne: 'Kinderen op deze leeftijd zijn onbevangen en staan volledig open ten opzichte van elkaar. Zij lachen elkaar niet uit en vinden niets gek.'

Veel voordelen
Peuters ervaren fantasie als werkelijkheid. Peuterdans stimuleert niet alleen die fantasie, maar ook de complete ontwikkeling van het kind. 'Fantasie is de basis voor een flexibele levenshouding. Fantasierijke kinderen leren breder te kijken en creatiever om te gaan met problemen', zegt Yvonne. Het verhalende karakter van peuterdans vergroot de belevingswereld en de woordenschat. Kinderen ontdekken niet alleen hoe een sneeuwpop wordt gemaakt of hoe de vuurtoren de visser helpt. Ze leren tevens woorden als sneeuwpop, smelten, vuurtoren en storm gebruiken. De verschillende verhalen en de variatie in de muziek bieden een stuk culturele beleving. Daarbij ontwikkelen de kinderen hun sociale vaardigheden. Ze dansen samen, werken samen en maken samen plezier.
Kinderen hebben van nature behoefte om te bewegen. Ze willen de mogelijkheden van hun lichaam ontdekken. Uiteraard is het actief bezig zijn van belang voor de motoriek. Bewegen is niet alleen leuk, maar ook pure noodzaak. Dat kinderen steeds dikker worden - vaak al op jonge leeftijd - en te veel achter de televisie zitten, is een hot item. Locatieleidsters zien de meerwaarde van peuterdans en reageren enthousiast. Ze maken er tijd en geld voor vrij. Alle kersverse peuterdansdocenten zijn inmiddels professioneel aan de slag. Dat laat ook de behoefte zien.

Structuur en veiligheid
Veel kindercentra organiseren de peuterdans met een aparte docent, zoals Yvonne. Het is ook mogelijk om een ervaren leidster als docent aan te wijzen. Yvonne begint elke les met een klapspelletje. De kinderen zeggen hun naam, die door de groep wordt herhaald. Op de lettergrepen wordt ritmisch geklapt. Zo weet elk kind: ik hoor erbij! Soms schrikt een peuter van die groepsaandacht en verstopt de ogen achter zijn handen of kijkt het onverstoorbaar de andere kant op. Dan schiet de leidster te hulp. Vaak roept datzelfde kind, één momentje later, vol trots de naam van een ander.
Vervolgens begint de muziek en start de warming-up. Alles is mogelijk: liggen op de buik, wiebelen van links naar recht; draaien naar de rug; zwaaien met de benen door de lucht. Een hoogtepunt is het schuifelen op de billen om van de kring een 'kluitje' te maken. Zo kunnen alle tenen elkaar een kusje geven. Na de warming-up dansen de kinderen volgens het thema uit het verhaal. De basis blijft de kring, maar daardoor laten ze zich niet beperken. Het is goed om de hele ruimte te gebruiken.
'Duik eens als een kluitje een hoek in, laat kinderen lekker los door de zaal zwieren of in kleine groepjes samen dansen. Zo stimuleer je nog meer de expressie en bewegingsvrijheid. De spanning van het verhaal zorgt wel dat ze bij de les blijven', legt Yvonne uit. Peuters zijn dol op herhaling, vandaar dat Yvonne ervoor kiest drie weken met een thema te werken. Wat regelmatig terugkomt, is het maken van een rijtje. Kinderen zitten pal achter elkaar en schuiven door de ruimte. De ene keer is het rijtje een slee, de andere keer een slang of treintje. Zo klein als ze zijn, bewijzen ze met het rijtje prima te kunnen samenwerken.
De afsluiting verloopt rustig. De bewegingen worden trager en kleiner. Iedereen zoekt zijn plekje in de kring. Na een opruimritueeltje zingt de groep het themaliedje en nemen de leidsters de aandacht weer over. Wat blijkt? Drie kwartier bewegen met peuters lukt makkelijk dankzij de duidelijke lesstructuur. Yvonne: 'De peuters zijn energiek bezig geweest. Na afloop gaan ze lekker eten en krijgen eventueel een schone luier, reken maar dat ze die middag heerlijk slapen!'

Lees verder in KIDDO vanaf pagina 38.





Menu

Nieuwsbrief

Blijf op de hoogte van de ontwikkelingen!



[ ADVERTENTIE ]