Iedere leid(st)er heeft wel eens botsingen met een ouder. Kenmerk van een botsing is dat je het gedrag van de ander eigenlijk niet kunt begrijpen of waarderen. Wat moet je met zulke situaties? Hoe kom je er zelf 'heel' uit, zonder de relatie met de ouder, en dus met het kind, te beschadigen? En hoe kun je juist van lastige situaties iets leren?
Botsen en leren
Botsingen houden je scherp, wijzen je op je eigen houding en gedrag en stellen je in staat om te leren en te groeien. Maar dat gaat niet vanzelf.
Botsingen kunnen vele oorzaken hebben, zoals verschillen in cultuur, sociale klasse of leefstijl, maar ook karakterverschillen. De methodiek 'Van botsingen kun je leren' die bureau MUTANT heeft ontwikkeld, bestaat uit vier stappen, waarvan we hier de eerste stap uitgebreid behandelen aan de hand van het voorbeeld van leidster Marjan.
Op de groep van Marjan is een moeder met een stevige dochter van acht maanden. Moeder benadrukt steeds dat haar dochter veel moet eten en drinken. Ze geeft altijd volle flessen en grote potjes voeding mee. Als ze haar dochter komt halen en niet alles is op, gaat ze nadrukkelijk haar dochter voeden. Het meisje moet dan hard huilen, wat voor onrust in de groep zorgt. Marjan heeft hier erg veel moeite mee. Ze praat af en toe met de moeder en vertelt dat haar dochter echt wel genoeg drinkt. Ze vraagt ook wat het consultatiebureau erover zegt, maar de moeder is hier onduidelijk over. Er verandert niets aan de situatie.
Blik op jezelf
Als zich net een botsing met een ouder heeft voorgedaan, zul je als leid(st)er waarschijnlijk eerst behoefte hebben aan de steun van een collega. Bij een echte botsing zijn de emoties meestal heftig en is het goed om die eerst te uiten. Het is belangrijk dat de luisterende collega jouw emotie bevestigt, respecteert en niet kleiner maakt. Vervolgens is het verstandig om een tijdstip af te spreken om met collega's de situatie te analyseren. Hiermee stel je je neiging om snel tot een oplossing te komen nog even uit. Dit is lang niet altijd gemakkelijk omdat veel leidsters praktisch ingesteld zijn. Toch kan deze analysefase meer helderheid geven over de situatie, over jezelf en over de ouder.
Betrokkenen
Het analyseren van de botsing doe je aan de hand van een aantal vragen. De eerste is: welke volwassenen waren er bij deze botsing betrokken en wat weet ik van hen? Denk daarbij aan leeftijd, geslacht, sociale klasse, culturele/etnische achtergrond, beroep, religie, gezinssamenstelling, gezondheidstoestand. Zo kun je ontdekken hoeveel informatie je eigenlijk over een ouder hebt en of er veel verschillen tussen jou en de ouder zijn.
Marjan is 26 jaar en woont samen met haar vriend. Ze heeft geen kinderen en is sinds zeven jaar leidster in de kinderopvang. Ze is Nederlandse, heeft een MBO opleiding en is niet religieus. Ze was vroeger een moeilijke eter en heeft vele uren alleen in de keuken gezeten als ze haar bord niet leeg at. De moeder komt uit Afrika. Ze is begin 20 en religieus. Ze volgt taallessen bij het ROC, voedt haar kind alleen op en heeft weinig sociale contacten. Marjan ziet vooral veel verschillen tussen moeder en haar, hoewel het leeftijdverschil niet groot is. Opvallend is dat 'eten' bij allebei een issue is, voor de moeder bij haar kind en voor Marjan zelf als moeilijke eter vroeger.
Nadat je deze vragen, met hulp van je collega's, beantwoord hebt, kijk je naar je eigen aandeel in de botsing: wat deed je, wat voelde je, welke gedachten had je? Daarbij probeer je ook je eigen gedrag, emoties en gedachten te verklaren; wat vind jij belangrijk, welke waarden en normen bepalen jouw emoties, gedachten en gedrag? Het is daarbij belangrijk om je te realiseren dat jouw waarden en normen voor jou waardevol zijn, maar dat dit niet de enige manier is van kijken. Ieder mens beleeft de dingen op z'n eigen manier en een altijd geldende waarheid bestaat dus niet.
Marjan beseft dat de situatie haar veel doet. Ze vindt het zielig voor het meisje en is boos op de moeder. Ze merkt dat ze haar eigenlijk een slechte moeder vindt. Marjan vindt dat een kind zelf aangeeft hoeveel het wil eten en drinken en dat je de grens van een kind moet respecteren. Marjan vindt het ook belangrijk om eerlijk tegenover ouders te zijn en wil daarom geen eten en drinken weggooien. Ze beseft dat ze zelf als kind eetproblemen had, wat misschien maakt dat zij deze situatie moeilijker vindt dan haar collega's. Marjan vindt verder dat het geforceerde voeden de rust in de groep verstoort.
Hoewel we meestal de neiging hebben om eerst naar de ander te kijken, is het belangrijk om eerst te ontdekken wat je zélf belangrijk vindt. Dit verklaart immers vaak waarom het gedrag van de ander je zo raakt: iets in jou wordt door het gedrag van de ouder 'aangetast'. Bij Marjan is dat bijvoorbeeld het respect voor de fysieke grens van een mens door een baby geen eten op te dringen.
Blik op de ander
Nadat je je eigen verhaal over de botsing hebt uitgeplozen, richt je de blik op de ander. Wat deed de ouder precies en welke emoties had de ouder (mogelijk)? Ook hier probeer je te bedenken welke waarden, normen of omstandigheden het gedrag en de emoties kunnen verklaren. Bedenk ook dat jijzelf weliswaar de situatie bewust als een botsing hebt ervaren, maar dat dit niet voor de ouder hoeft te gelden.
Marjan ziet dat de moeder het heel belangrijk vindt dat haar kind genoeg eet en drinkt. De moeder voelt zich waarschijnlijk gespannen en bang. Misschien ook boos, omdat ze wellicht denkt dat Marjan niet goed voor haar kind zorgt. Ze is nog niet lang in Nederland, komt uit een andere cultuur, ze is nog jong en heeft weinig sociale contacten.
De moeder heeft eerder een kindje aan ondervoeding verloren. Met die kennis in het achterhoofd kan Marjan haar gespannenheid rondom eten wel begrijpen.
Tot slot kun je voor jezelf bedenken wat de oorzaken zouden kunnen zijn van deze botsingen: cultuurverschillen, verschil in temperament, sociale klasse, opleidingsniveau, sekse, leeftijd etcetera.
Marjan vermoedt dat de botsing vooral veroorzaakt wordt door verschillen in cultuur en levenservaringen, ook in het licht van armoede en rijkdom. De moeder heeft een situatie van ondervoeding gekend, Marjan nooit. Moeder heeft een kind verloren en wil er alles aan doen om dit niet nog een keer te laten gebeuren. Marjan denkt en handelt vanuit het referentiekader van overschot aan voeding en de overtuiging dat een kind zelf wel aangeeft hoeveel het wil en kan eten en drinken.
Volgende stappen
De bovenstaande vragen zijn de eerste stap in 'Van botsingen kun je leren'. In de twee volgende stappen gaat het erom in gesprek te gaan met ouders en zo nodig met hen te onderhandelen. De eerste analysestap wordt echter vaak vergeten of heel oppervlakkig gedaan. Het kost tijd, en de meeste leidsters willen graag snel een praktische oplossing. Dat kán ook, door de analysefase af te sluiten met een rondje tips voor de inbrenger van de botsing.
Het analyseren van een botsing kan veel inzicht geven in je eigen handelen en oorzaken hiervan en in dat van de ouder. Deze inzichten geven een stevige basis voor een gesprek met ouders.
Leerervaringen
De laatste stap is het vasthouden van leerervaringen, als individu of als organisatie, en het eventueel aanpassen van je gedrag, werkwijze of beleid.
Marjan heeft geleerd dat je eigen levenservaringen heel bepalend zijn voor je handelen. Zij wil bij nieuwe lastige situaties proberen ook door de bril van de ouder te kijken. Op het kindercentrum besluit men bij de intake van nieuwe ouders expliciet navraag te doen naar de wensen van de ouders met betrekking tot voeding. Zo kunnen eventuele verschillen in aanpak direct naar voren komen en bespreekbaar gemaakt worden.
Wat doe je bij botsingen
1. reageer even af bij een collega
2. zoek niet gelijk een oplossing, maar analyseer de situatie in je team
3. doe een rondje 'tips' over deze botsing in je team
4. gebruik wat de analyse je geleerd heeft in het gesprek/de onderhandeling met de ouder(s)
5. houd het geleerde vast en pas eventueel je gedrag, werkwijze of beleid erop aan
Dit is de derde in een reeks van vier artikelen over het project 'Ouders en diversiteit'. Binnenkort kun je in het laatste artikel meer lezen over het betrekken van ouders bij het adviseren en meebeslissen in je organisatie.
Binnenkort verschijnt het boek Van botsingen kun je leren (Uitgeverij SWP).
www.mutant.nl