Hervorming kinderopvang, Nederlandse toeslagenstelsel op de schop

Het hervormen van het Nederlandse toeslagenstelsel wordt een langdurig proces. Staatssecretaris Van Huffelen (Financiën) heeft in december een eerste aanzet gegeven voor verandering van het stelsel. Opties zijn onder meer een hoger minimumloon, een lagere zorgpremie, belastingkortingen en directe financiering van de kinderopvang. Het is vooral aan de politiek om daarin, tijdens de kabinetsformatie na de verkiezingen in maart, keuzes te maken, benadrukt Van Huffelen. Volgens haar gaat de hervorming wel even duren, enkele kabinetsperiodes wellicht zelfs.
Hervorming kinderopvang, Nederlandse toeslagenstelsel op de schop


De staatssecretaris presenteert drie varianten voor een nieuw toeslagenstelsel. De eerste is om het geld te verschuiven van ouders naar organisaties rond kinderopvang, zorg en huur. Bij de tweede variant krijgen ouders een toelage of belastingkorting die niet van hun inkomen afhangt. En bij de derde gaat naast de toeslagen ook het belastingstelsel op de schop. Alle varianten zijn doorgerekend door het CPB. Bij de kinderopvang is de optie vooral om de kinderopvang direct te betalen in plaats van via de ouders en met een toeslag. Na invoering van deze optie kan er eventueel worden toegewerkt naar gratis kinderopvang.

Eerste scenario
Op verzoek van het kabinet heeft het CPB ook een analyse gemaakt van de effecten van drie alternatieve inrichtingen van het stelsel voor ondersteuning van huishoudens met jonge kinderen. De drie alternatieven zijn uitgewerkt in de Scenariostudie vormgeving kindvoorzieningen en zijn voornamelijk gericht op een
hervorming van de kinderopvang. In het eerste scenario wordt de kinderopvangtoeslag verhoogd naar 96 procent. Het tweede scenario introduceert vier dagen gratis kinderopvang voor zowel werkenden als niet-werkenden, en in het derde scenario wordt kinderopvang een integrale voorziening.

Tweede scenario
Volgens het tweede scenario worden kindvoorzieningen toegankelijk gemaakt voor alle gezinnen. Dit wordt bereikt door een algemeen toegangsrecht tot kinderdagopvang en bso, ook voor gezinnen van niet-werkende ouders. Het gaat om vier dagen voor kinderen van 0-4 jaar en 4 dagdelen voor kinderen vanaf 4 jaar. Er komt een vaste uurprijs waarbij kinderopvangorganisaties geen extra bijdragen vragen aan ouders. Er gaat één kwaliteitsniveau gelden voor alle kinderopvangorganisaties en er komt een pedagogisch/didactisch kader voor kinderen van 0-12 jaar. Er komt een rechtstreekse financiering en scholen worden verplicht om te gaan werken via het vijf-gelijke-dagen model. Kosten: 5,7 miljard euro.

Derde scenario
Het derde scenario richt zich op echte integratie van voorzieningen. Scholen en kinderopvang krijgen de wettelijke mogelijkheid en ondersteuning om te integreren, waar mogelijk op één locatie. Deelname aan uren buiten schooltijd zijn vrijwillig. Voor integrale voorzieningen geldt een winstverbod. Er komt een algemeen toegangsrecht met vaste uurprijzen, voor vijf dagen. Losse kinderopvang en gastouderopvang blijven mogelijk en zijn ook gratis binnen het toegangsrecht. Dit scenario gaat uit van rechtstreekse financiering en een vaste uurprijs. Kosten 7,9 miljard euro.





Menu

Nieuwsbrief

Blijf op de hoogte van de ontwikkelingen!



[ ADVERTENTIE ]