‘Hoe meer talen je kent, hoe slimmer je bent!’ Zo heeft de jonge Hanna het verwoord bij het begin van de tentoonstelling. Initiatiefnemer van dit project is integratiecentrum Foyer uit Molenbeek, een organisatie die al 40 jaar actief is en onder andere evenementen organiseert voor een betere integratie van allochtone jongeren in onze samenleving. In 2007 hield Foyer meer dan 100 meertalige workshops om te polsen naar de ervaringen die jongeren hebben met taal. Hoeveel talen spreek je? Wanneer spreek je ze? Hoe sta je tegenover die talen?
Deze interviews zijn gemonteerd tot een kort kennismakingsfilmpje. Een meisje getuigt dat ze thuis vooral Marokkaans, maar ook Frans spreekt. ‘Ik hou het meest van Marokkaans. Dat vind ik het mooist klinken’, voegt ze eraan toe. Het wordt meteen duidelijk dat taal voor kinderen meer is dan een manier om te communiceren. Het is je hele identiteit.
De tentoonstelling bestaat uit zeven verschillende delen. Het gaat om interactieve installaties, waar bezoekers – vooral kinderen – ondergedompeld worden in de wereld van meertaligheid. Om hen een handje te helpen, krijgen ze een routekaart mee. Die bevat een opdracht bij elk van de installaties. Zo is er de grote puzzel over meertaligheid, met 18 gekleurde stukken. Elk stuk staat symbool voor een taal die een van de geïnterviewde kinderen spreekt. Rafi zegt dat het Turks zijn moedertaal is, en dat hij zich verdrietig voelt als hij Frans hoort. Hij vindt het een sombere taal. Een meisje vertelt wat het Arabisch zo bijzonder maakt: ‘Ik denk aan Marokko als ik Arabisch hoor. Dat is een warme taal, net zoals het land warm is, en daarom denk ik aan oranje.’
De kinderen die de tentoonstelling bezoeken, komen voor veel uitdagingen te staan. Zo worden ze ook uitgenodigd om het spel ‘Talen leren, mijn gedacht!’ te spelen. Ze krijgen een display met stellingen en verschillende antwoordmogelijkheden te zien. Bijvoorbeeld: ‘je kunt maar één taal tegelijk leren’. Ga je met zo’n standpunt akkoord of juist niet? Een groep schoolkinderen die de tentoonstelling bezoekt, gaat ‘niet akkoord’. Bij de antwoordronde merken ze dat ze het toch bij het foute eind hebben. Sommige kinderen leren drie of vier talen tegelijk…
Lees verder in KIDDO 3 2009, vanaf bladzijde 27