KIDDO 25 JAAR!

Hoera, ik praat!

In het vierde artikel over de opvoeding vanuit de driehoek kind- ouder- leidster staat nog steeds de peuter centraal. Deze keer de taalontwikkeling en communicatie. Leidsters krijgen vaak te maken met moeilijke situaties vanwege communicatieproblemen.
We staan er niet bij stil, maar contact is een levensbehoefte. Baby's die verzorgd en gevoed worden terwijl zij geen contact met hun verzorgers hebben, kunnen depressief worden en daaraan zelfs sterven. Het maken van contact verbindt een mens met het leven.

Vreemde taal, dat Nederlands
Baby's proberen op allerlei manieren contact te maken. Ze doen er alles aan om volwassenen aan zich te binden zodat er iemand is in geval van nood. Slim van baby's! Ze zijn bereid hun tong uit te steken als een volwassene dat doet, al binnen tien dagen na hun geboorte. Ze weten nog niet dat dat onzin is, maar ze hopen zo de volwassene aan zich te binden. Baby's weten intuïtief dat ze taal moeten gebruiken om zichzelf duidelijk te maken, anders begrijpen volwassenen niet wat de baby nodig heeft. De mogelijkheid tot taal is aangeboren en de baby gaat aan de slag met de geluiden die hij of zij om zich heen hoort.
Stembanden kunnen alle geluiden produceren, maar binnen zes maanden zijn de stembanden afgestemd op de geluiden die de baby om zich heen hoort. Het kind leert de taal die om hem of haar heen gesproken wordt; als er twee talen worden gesproken leert de baby er twee. De klanken worden in groepjes geordend. In één groep komen bijvoorbeeld 'eten' en 'huis' (Nederlands) en in een andere groep komen 'alasmaladik' en 'lamazun' (Turks). In de hersenen komen de groepen in hetzelfde gebied terecht. De hersenen 'kiezen' de meest logische grammatica, en dat is zelden Nederlands. Dat betekent dat de talen mengen. Ook het tellen is vreemd. In het Nederlands is het een-en-twintig, in de meeste andere talen is de volgorde andersom: twintig-en-een. Dat schept behoorlijk wat verwarring. Meertalige kinderen vertalen zonder het te merken en zo worden ze vaak door autochtone kinderen uitgelachen om hun vreemde uitspraak, getalsomkeringen en aparte uitdrukkingen.

Contact maakt rustig
Communiceren is contact maken en van contact wordt de mens rustig. Van geen contact wordt de mens onrustig. Communiceren gaat niet alleen met woorden (verbaal). Non-verbale communicatie is misschien nog wel intenser en in ieder geval belangrijker dan verbale communicatie. Veel van ons gedrag wordt door geur gestuurd, zonder dat we het weten. De baby houdt op met huilen als hij of zij de geur van het eigen vruchtwater op een wattenstokje ruikt. Oogcontact is ook voor baby's heel opwindend. Baby's hartslag versnelt bij oogcontact met de moeder. De baby kijkt daarom steeds even weg om weer tot rust te komen. Dat moet gerespecteerd worden, anders wordt het kind onrustig. Maar steeds keren de ogen van de baby naar de moeder terug: het kind wil contact.
Volwassenen gebruiken de combinatie verbaal/non-verbaal vaak onvoldoende. Het volgende voorbeeld laat mogelijkheden van communicatie zien ondanks een beperkte taalexpressie.

Kas (2) heeft vaak oorpijn. Er is al van alles aan gedaan; hij heeft buisjes in beide oren. Als hij naar zijn oren grijpt, weten zijn ouders dat het opletten geblazen is. Ook nu weer. Kas kan nog nauwelijks praten, maar begrijpt veel. Zijn moeder vraagt of het pijn doet. Kas schudt zijn hoofd. Maar is het ernstig, vraagt zijn moeder. Ze benadrukt dat Kas het moet zeggen, omdat ze anders niet goed kan helpen. Kas knikt, het is wel ernstig. Als de dokter niets ziet, vraagt ze toch om een verwijzing. En terecht, een rotsbeenontsteking kondigde zich aan.

Peuteragressie
Peuters ontwikkelen hun taalvaardigheden in rap tempo. Lang voordat ze taal kunnen produceren, begrijpen ze al wat er gezegd wordt. Taal is nodig om jezelf uit te drukken; zonder taal zijn mensen onthand. Taal is nodig om de wereld aan te sturen. Als je geen taal hebt, kunnen mensen nauwelijks begrijpen wat je wil. Dat maakt boos en opstandig. Peuters kunnen dan ook zeer kwaad worden omdat ze zich niet duidelijk kunnen maken. Ze ballen hun vuisten van ingehouden woede als ze niet goed kunnen zeggen wat ze bedoelen. Die agressie neemt toe totdat ze drie jaar zijn, daarna vermindert het snel omdat ze zich beter kunnen uitdrukken. Peuters zijn je erg dankbaar als je hun boosheid niet persoonlijk opvat, maar hen helpt om de juiste woorden te vinden. Let op het kind, observeer. De woorden die jij aanreikt en die de peuter bedoelt, zullen diep in het geheugen gegrift worden!

Lees verder in KIDDO 2 vanaf pagina 14.

Over de auteur
Dr. Martine F. Delfos is psycholoog, therapeut, wetenschapper en schrijfster. Kijk voor meer informatie op www.mdelfos.nl.





Menu

Nieuwsbrief

Blijf op de hoogte van de ontwikkelingen!



[ ADVERTENTIE ]