KIDDO 25 JAAR!

Kinderen die moeilijk vriendjes maken

Elke leidster kent ze wel. Kinderen die liever alleen spelen. Ze hebben geen vriendjes in de groep. Daar lijken ze geen behoefte aan te hebben. Ze vermaken zich prima met activiteiten als lezen, bouwen, tekenen en knutselen. Laat je ze hun gang gaan of betrek je ze toch bij groepsactivitei- ten? En hoe doe je dat zonder aan hun eigenheid voorbij te gaan?
Dat een kind graag op zichzelf is, zie je soms al heel vroeg. ‘Tom geniet ervan om op de grond te spelen met autootjes. Het stoort hem als hij door rondrennende kinderen uit zijn spel wordt gehaald. Af en toe kijkt hij op of je nog wel in de buurt bent. Daar reageren we direct op en dan verschijnt er een glimlach. Hij lijkt het wel prima te vinden om alleen te spelen.’
Tom zit op het kinderdagverblijf De Notedop in de peutergroep van Lisette Berkeveld: ‘Peuters spelen veel alleen, maar tussen kinderen die op dezelfde dagen komen zie je wel een band ontstaan. Bij Tom gebeurde dat niet.’

Verschillen in temperament
Moet Lisette zich hier zorgen om maken? Niet direct denkt kinder- en jeugdpsycholoog Marjan de Bil, maar dit gedrag is wel een punt van aandacht: ‘Kinderen verschillen in karakter en temperament. Sommigen kinderen zijn graag op zichzelf. Het belangrijkste is hoe een kind zich erbij voelt. Het hangt ook van de leeftijd af. Tot vier jaar moet je nog niet te veel verwachten. Maar doorgaans vinden kinderen het wel leuk om in de nabijheid van andere kinderen te spelen. Ze inspireren elkaar met hun spel, nemen dingen van elkaar over en doen elkaar na.’
Op de buitenschoolse opvang is het heel begrijpelijk dat kinderen na school even niets willen. Ze hebben al de hele dag in een groep gezeten. ‘Maar helemaal alleen spelen en geen contact leggen met andere kinderen is absoluut opvallend’, vindt Marjan.
Dan wordt dit gedrag wel een aandachtspunt. Aan het eind van de basisschool kan het echt een probleem worden. Op die leeftijd willen kinderen bij een groep horen. Leeftijdsgenoten worden steeds belangrijker. Ga even na waarom een kind alleen speelt. Heeft het wel de vaardigheden om contact te maken, maar kiest het ervoor om het niet te doen? Kan het kind slecht tegen (te) veel prikkels of onverwachte dingen? Mist het een sociale antenne? Is het sociaal angstig of speelt er thuis iets? Marjan noemt nog een oorzaak bij jonge kinderen die je gemakkelijk over het hoofd ziet: ‘Hoort het kind wel goed?’
Observeer het kind in verschillende situaties. Let daarbij op de communicatie. Snapt het kind de taal, de gebaren? Reageert hij gewoon en kijkt hij je aan? Soms kan een kind wel goed met leidsters een gesprek voeren, maar niet met kinderen.

Aandacht voor elk kind
Kinderen ontwikkelen zich vanuit veiligheid en vertrouwen. Het is belangrijk dat kinderen weten dat jij er voor ze bent. Dat doe je door ze aandacht te geven, oogcontact te houden en belangstelling te tonen voor waar het kind mee bezig is, voor wat er in hem omgaat.
Het knelpunt bij kinderen die erg op zichzelf zijn, is dat ze niet gezien worden. Dat risico wil kinderopvang De Notedop beperken. Anneke Speksnijder, collega van Lisette, is daar pedagogisch medewerker bij de buitenschoolse opvang. De Notedop besteedt veel aandacht aan de pedagogische kwaliteit. Leidsters krijgen regelmatig begeleiding van een interne pedagogisch trainer. Het resultaat merk je aan de manier waarop ze met kinderen omgaan. Leidsters zitten vaak naast de kinderen, werken in kleine groepjes, kijken heel goed, benoemen wat ze zien en geven nadrukkelijk ik-boodschappen. Kinderen hoeven niks, maar krijgen wel kansen aangeboden. Anneke: ‘Ik probeer op een dag àlle kinderen te bekijken. Wat doen ze, met welke materialen spelen ze, met wie spelen ze?’
En heel belangrijk: Anneke begroet de kinderen bij het binnenkomen nadrukkelijk: ‘Hallo Michelle, fijn dat je er bent.’
Kinderen leren ook om aandacht voor elkaar te hebben. Grote kinderen willen nog wel eens alle ruimte voor zichzelf opeisen. Dan zegt Anneke: ‘Jongens, kijk eens wat er gebeurt. Pieter wil hier ook spelen. Maar hij durft niet. Hij is helemaal nieuw op de groep.’ Dat is informatie voor ze. Durft hij niet omdat ik hier ben? Oh!’ Zo krijgen kinderen oog voor elkaar.

Eigenheid kinderen erkennen
Het is belangrijk om de eigenheid van kinderen te erkennen. Daar zijn Marjan, Lisette en Anneke het alle drie over eens. Als een kind het prettig vindt om alleen te spelen, moet dat kunnen. Kinderen moeten ook het gevoel krijgen dat dat mag. Bij het inrichten van de ruimte, het kiezen van de materialen en het aanbieden van de activiteiten, houd je hier rekening mee.
De groep van Anneke is verdeeld in verschillende zones en ruimtes die in verbinding staan met elkaar. In de huiskamer spelen kinderen aan tafel een spelletje of maken een puzzel. In je eentje een puzzel maken is lekker veilig. Van daaruit kun je bekijken wat andere kinderen doen. Hoe gaat dat, samen een spelletje spelen? Hoe laat je merken dat je mee wil spelen. En wat doen de kinderen in de naastgelegen huishoek of de bouwhoek? Aan het andere eind van de ruimte staat een grote knutseltafel waar kinderen alleen of met z’n tweeën knutselen. Op een bank in een met gordijntjes gecreëerde nis kunnen kinderen zich terugtrekken met een boek. In de kussenkamer hebben ze de ruimte om te stoeien of vanuit een hoekje toe te kijken. Dit is een goed voorbeeld van een ruimte die ingericht is op de eigenheid van kinderen.


Lees verder in KIDDO 4 2009, vanaf pagina 12




Menu

Nieuwsbrief

Blijf op de hoogte van de ontwikkelingen!



[ ADVERTENTIE ]