KIDDO 25 JAAR!

Pedagogische begeleiding van het eetmoment

Vanaf de geboorte neemt eten een zeer belangrijke plaats in in ons leven. We moeten eten om te groeien, om ons te ontwikkelen en gezond te blijven. Voedsel is dus niet alleen een lekkernij, maar een noodzaak. Al denken kinderen daar soms anders over…
Een van de grootste zorgen van volwassenen is dat kinderen dagelijks voldoende eten en netjes leren eten. Maar mensen die kinderen begeleiden én de kinderen zelf krijgen soms grijze haren van het eetmoment. Het kind lust iets niet, weigert te eten en ziet de eerstvolgende maaltijd weer als een straf tegemoet. Het bord blijft halfvol, van de boterham worden uiteindelijk maar twee happen opgegeten. De volwassene is wellicht ten einde raad, en kijkt op tegen de volgende 'eetopdracht'. Maar het kan ook anders.

Als we met jonge kinderen aan tafel zitten, vergeten we misschien het belangrijkste: eten is meer dan een maaltijd alleen. Het staat niet los van andere domeinen in de ontwikkeling van een kind, zoals de koppigheidsfase of de motorische ontwikkeling. Als een peuter er door een matige handmotoriek een zooitje van maakt aan tafel, hebben we de neiging om het onmiddellijk over te nemen. Dat kan bij peuters tot een woedebui leiden. Het komt er dus op aan om het eetmoment zodanig te ondersteunen, dat het een aangename uitdaging wordt voor groot en klein. We zetten een aantal tips op een rijtje.

Nieuw valt niet (altijd) in de smaak
Vanaf ongeveer eenjarige leeftijd ontwikkelt een kind een duidelijke voor- of afkeur voor bepaalde gerechten. De smaak van kinderen is immers heel wat gevoeliger dan die van volwassenen. Het resultaat is dat ze vaak afwijzend staan tegenover nieuwe soorten voeding. In de wetenschap wordt het fenomeen 'neofobie' genoemd. Maar als het kind de eerste keer geen bloemkool eet, wil het niet zeggen dat hij of zij nooit meer bloemkool zal lusten. Pas na acht à negen keer proeven en herkennen, appreciëren kinderen een nieuwe smaak. De regel 'altijd een hapje proeven' is daarom erg belangrijk. Bovendien loont de aanpak als je kinderen ook toelaat het hapje weer uit de mond te nemen, als ze het echt niet lusten.

Als volwassene gaan we zelf erg behoedzaam om met nieuwe gerechten. We zullen een nieuw product altijd goed bekijken en er heel voorzichtig van eten. Peuters hebben nog meer tijd nodig. Ze onderzoeken het nieuwe eten vooral met hun handen, in plaats van met hun ogen. Met vingers aan eten voelen is gewoon léuk. Wie weet belandt het eten in de mond… en blijkt het nog lekker ook. Het is dus belangrijk dat je peuters, binnen bepaalde grenzen, laat experimenteren aan tafel. Ook met de handen.

Plezier krijgen in leren eten
Als een kind tussen de zes en twaalf maanden oud is, leert het geleidelijk wennen aan vast voedsel. Op dat moment moet hij of zij vooral plezier krijgen in leren eten. Juist daarom is samen eten met andere kinderen, en liefst ook volwassenen, zo belangrijk. Een volwassene die in de buurt is, gesprekjes aanknoopt, geïnteresseerd toekijkt en het eetmoment in iets gezelligs omtovert, kan in de opvang het verschil maken. Net zoals een eetruimte met een aangepaste aankleding: een grote afbeelding van een paar gerechten kan bijvoorbeeld prikkelend werken. Geef kinderen als dat mogelijk is ook een vaste plek aan tafel: dat zorgt voor meer structuur. Met een diep bord, aangepast bestek en hapklare stukken leren peuters het makkelijkst zelf hun bordje leeg te maken. 'Afleiders' zoals een televisie, kunnen het eetmoment dan weer grondig verstoren.

Geen straf, geen beloning
Om eetproblemen te voorkomen is het belangrijk dat kinderen een gezonde relatie ontwikkelen met voedsel. Het mag niet de betekenis van een machtsmiddel krijgen. Toch is het een klassieke uitspraak: 'Voor straf krijg je geen dessert'. Maar een goede oplossing is het niet. Hetzelfde geldt ook voor belonen. Met een beloning voor een leeggegeten bord bevestig je dat eten eigenlijk een lastige, onplezierige opdracht is. Of dat een dessert lekker is, terwijl groenten en vlees dat niet zijn. Het eten krijgt onwillekeurig een vervelende bijbedoeling. Dat kan later leiden tot eetproblemen of -stoornissen bij kinderen.

De eetlust van een kind maakt heuse bokkensprongen. Vandaag eet het tot z'n buikje bol staat, volgende week blijft de helft op het bordje liggen. Onthoud dat een kind doorgaans een aangeboren gevoel heeft om de voedselinname precies af te stemmen op zijn of haar behoefte. Daarom moet je dus niet onmiddellijk in paniek raken wanneer een kind wat minder of meer eet. Volwassenen bepalen wat er gegeten wordt, maar kinderen bepalen hoeveel ze ervan eten. Oefen dus geen dwang uit om te eten; het bordje hoeft niet altijd leeg te zijn.

Geen commentaar Als een kind alsmaar meer moet eten dan het nodig heeft, kan het innerlijke gevoel van honger en verzadiging verdwijnen. In sommige gevallen leidt het tot overgewicht. Begin daarom altijd met een klein beetje op te scheppen. Dat beetje eten is voor peuters veel overzichtelijker dan een grote berg voedsel. Als ze niet echt zin hebben om te eten, wordt de tegenzin bij een goed gevuld bord nog groter. Wanneer een kind zelf om wat meer kan vragen, geeft hem dat een positief gevoel van controle. Peuters kunnen zich fel verzetten wanneer ze gedwongen worden iets te doen. Ook tijdens het eten kan dat gebeuren, wanneer je als begeleider vraagt om snel door te eten en het bordje leeg te maken. Het eetmoment is bij voorkeur een gezellige gebeurtenis. Daarom kun je ongewenst gedrag in deze context best negeren. Je hoeft ook niet de hele tijd over het eten te praten: andere aangename dingen kunnen net zo goed aan bod komen. Bovendien wek je daarbij de indruk dat het niet echt uitmaakt of de peuter eet of niet. De boodschap die wél moet overkomen, is dat het gezellig is om samen aan tafel zitten. Als een kind laat blijken dat het voldaan is, ruim je de tafel af zonder verder commentaar.

Nee, niet eten, ik wil spelen…
Peuters en kleuters die gestoord worden in een spel, zijn soms erg overstuur. Het bevordert de eetlust niet bepaald. Kondig daarom het eten op voorhand aan. Vertel zo'n tien minuten van tevoren dat het spel afgerond moet worden, omdat jullie straks aan tafel gaan. Dat lukt misschien nog beter als het met een soort routine gebeurt. Zing samen een liedje om de overgang van het spelen of een andere activiteit, naar eten te maken. Door het eetmoment en de aankondiging ervan in een soort rituele vorm te gieten, zul je peuters makkelijker kunnen overhalen om aan tafel te komen en een hapje te eten.





Menu

Nieuwsbrief

Blijf op de hoogte van de ontwikkelingen!



[ ADVERTENTIE ]