Zittend op de grond, met de kinderen om haar heen haalt danser Alexandra een doorzichtige doek tevoorschijn en haalt diep adem. Ze zuigt haar wangen bol met lucht. Dan blaast ze met een zucht de lucht eruit en zweeft de doorzichtige doek dwarrelend door de ruimte. Zo onderzoekt ze spelend hoe dingen bewegen in de lucht. Met zorgvuldig uitgekozen materialen, zoals lichte papiersoorten en luchtige, doorzichtige stof, die opbolt of uitzet als ze erin blaast, maakt ze de beweging van lucht en de subtielere beweging van ademhaling voor jonge kinderen tastbaar, zichtbaar, voelbaar en hoorbaar, zodat er een multizintuiglijke belichaamde ervaring ontstaat.
Meer dan gesproken taal
In de programma’s van Kleintjekunst wordt nauwelijks gebruikgemaakt van gesproken taal. Er zijn vele andere talen waarmee kinderen zich uitdrukken: beweging, geluid, mimiek, gebaren, ritme, materialen, stilte. Juist door die veelheid aan mogelijkheden krijgen alle kinderen de kans om mee te doen. Ook de meer introverte kinderen of de kinderen die nog geen woorden spreken, vinden zo hun eigen ingang voor deelname. Daaruit volgt een belangrijke kans: kinderen kunnen hun eigen taal gebruiken om hun ervaringen te duiden, niet de woorden die wij als begeleiders hen opleggen. Waar taalstimulering vaak in termen van de uitbreiding van de woordenschat wordt gedacht, laten deze kunstprogramma’s zien dat echt de betekenis van woorden begrijpen, begint bij het ervaren en benoemen. Een kind dat een stuk papier scheurt en daardoor zichtbaar wordt geraakt, maakt een ervaring door die uitnodigt tot het gebruik van taal.
Lees verder via Kinderopvang Kennis, word abonnee of bestel hier het nummer in print.






