Het fijne van spelen in de natuur is dat kinderen er vrij kunnen lopen en bewegen. Vooral als ze de ruimte, de tijd en de begeleiding krijgen om zelf te ontdekken wat er te beleven valt. Natuur hoeft niet ver weg te zijn. Een tuin, park, speelplek met gras en struiken bieden zeker voor jonge kinderen al veel mogelijkheden tot ontdekken. Schud een hoop bladeren uit en je vindt beslist, afhankelijk van het seizoen, oorkruipers of andere insecten. Til een tegel, emmer of gieter op die buiten staat en er kruipen ongetwijfeld pissebedden, spinnen of een worm tevoorschijn. Misschien griezel je van die beestjes en de modder, of ben je bang dat je schoenen er aan gaan. Om die reden is het goed te weten dat natuurbeleving de ontwikkeling van kinderen enorm stimuleert op allerlei gebieden. Daarom is het goed open te leren staan voor wat de natuur ook jou te bieden heeft. En denk klein. Annet Weterings zegt in haar boek Horen en zien, ruiken, voelen, proeven: ‘Bedenk dat natuurbeleving bij kinderen een proces is. Een proces dat met hele kleine dingetjes begint, zoals met het op tafel zetten van een schaal met fruit of een bosje bloemen. Zulke kleine dingen zijn al wezenlijke stappen. Kijk goed naar waar kinderen buiten van genieten. Zijn ze dol op water? Houden ze van klimmen? Breid de water- en klimactiviteiten dan uit. Kijk naar de mogelijkheden van het kindcentrum en naar die van de buurt.’
In dit dossier vind je voorbeelden, activiteiten, tips, inspiratie en ideeën.